maandag 15 mei 2017

De stille revolutie in democratie



De stille revolutie in democratie

Het is code Oranje: hoe kan het lokale bestuur meer vertrouwen verdienen? Wat heeft een overheid in deze tijd nodig? Koos Janssen, burgemeester van Zeist en voorzitter van de werkgroep Democratie en bestuur bij de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG), hield op 11 mei zijn lezing tijdens de Galjaarddag 2017 over de vernieuwing van de democratie.

“We willen dat mensen het goede leven kunnen leiden; dat is voor iedereen anders. En dat ze meedoen aan de democratie. Ik geloof niet in een blauwdruk, één route voor iedere gemeente. Dat moet iedere overheidsinstelling op zijn eigen manier invullen. Hoe kunnen we naar vernieuwing van democratie kijken vanuit onze rollen? En hoe kunnen we elkaar versterken? Hoe hebben we elkaar nodig om een ontwikkelprogramma op gang te krijgen?

“In een democratie draait het om interactie. Er is een groeiende groep mensen die het voor zichzelf gaan regelen, het anders gaan doen. Een stille revolutie. Zij hebben vaak ook de middelen en de omstandigheden om het zelf te doen.” Janssen noemt dit de maatschappelijke democratie. Daarnaast onderscheidt hij een sociale democratie: “Er is ook een groep die zich niet meer gezien, gehoord, erkend voelen. Mensen die hun omgeving zien veranderen en zich niet bij machte voelen er iets aan te doen. Ze raken afgehaakt. Steeds minder mensen doen op alle velden mee, waardoor sommige velden losraken van het samenspel.”

Samenspel
“Het goede leven is leven op de manier zoals je wenst te leven. Zodra het samenspel verdwijnt, verdwijnt het wezen van de democratie. Democratie draait om communicatie: alleen door ontmoeting en gesprek kom je erachter wat het goede leven is. Dat leven zal altijd dat van de ander raken, of ermee conflicteren. Vraag je af: wat is democratie voor jou? Waar staan we, waar moet het naartoe, wat doe jij en wat doe ik? Ik faciliteer de inwoners en de gemeenten zo goed mogelijk. De burgemeester, het college, de ambtenaren en communicatie zijn er ter ondersteuning. Als de democratie niet goed meer functioneert, wat hebben we dan al die jaren gedaan? Stelden we de waaromvraag of waren we te druk met andere belangrijke zaken?”

Waarom
“We zijn destijds met de waardendiscussie gestart en starten nu met de uitvoering. Maar de vraag naar het waarom van de waarden wordt niet meer gesteld. Het gaat alleen nog over het wat. Heb het lef om in gesprek te gaan over het waarom. Waar doen we het ook alweer voor? Hoe dragen we bij aan het goede leven? Wees als communicatie ook zelf speler in de democratie. Heb je het hier ook naar binnen gebracht? Doen we iets met wat in de samenleving speelt? Ook ik heb moeten leren communicatie dichtbij te laten komen. En andersom heeft communicatie geleerd mij de ruimte te geven.”

Discipline
“Blijft loyaal aan het antwoord op het waarom. Dat vereist discipline.” In zijn boekje ‘Zoektijd’ schreef hij dat een snelle oplossing geen oplossing is. “Deze tijd geeft ons de gelegenheid om wat langer te zoeken, wat minder te roepen en wat meer te doen. We zullen in elkaar moeten investeren ten gunste van de lokale democratie. Investeer in vertrouwen, wacht niet tot je gevraagd wordt. En blijf kritisch. Dat vraagt lef, van leiders én van communicatieprofessionals. Zo faciliteren we het denken over waar het eigenlijk over gaat.”

Hij wil ‘niet praten in wenselijkheden, maar in werkelijkheden’. “Laat de initiatieven de maat worden voor de politiek, niet andersom. Wees geen roepende in de woestijn, zoek bondgenoten. Het is moeilijk, maar ik probeer mijn eigen opvatting voorbij te blijven. Weg te blijven bij het vinden. Het vinden belemmert het verbinden.”

“Je kunt morgen beginnen met je aan te sluiten bij de stille revolutie. Met een gesprek over het waarom, de betekenis van gebeurtenissen in de samenleving, de ontmoeting met inwoners en raadsleden. Werk aan vertrouwen en nabijheid. Het werk aan de lokale democratie begint bij ons.”

Bernadet Timmer
Communicatie